Publicatie

In 2008 stelde de gemeente Haarlem Max van Aerschot aan als stadsbouwmeester als opvolger van de stadsarchitect Joop Slangen. Daarmee zette Haarlem de eeuwenlange traditie die begon bij de aanstelling van Lieven De Key in 1593 als stadssteenhouwer voort.
Het is de stad zelf die Max van Aerschot in staat heeft gesteld met deze publicatie afscheid te nemen als stadsbouwmeester om daarmee blijk te geven van het belang dat hij voor Haarlem heeft gehad.


De Stadsbouwmeester in de periode 2008-2018

Najaar 2007 werd architect Max van Aerschot door twee wethouders – namens het college van Burgemeester en Wethouders – benaderd met de vraag of hij de toen afgetreden stadsarchitect Joop Slangen wilde opvolgen. Het was een wens van het college om de opdracht breder te zien dan voorheen: niet alleen het gevraagd en ongevraagd adviseren over en bewaken van de ruimtelijke kwaliteit, maar ook het advies uitbrengen over noodzakelijke en lopende strategische ontwikkelingen in de stad, mede in relatie tot de regio, architectuurbeleid, kunst in de openbare ruimte, stedelijke bouwprojecten en monumentenbeleid. Die ambitie heeft er onder andere toe geleid dat de functie stadsarchitect werd omgedoopt tot stadsbouwmeester. Daarmee trad Max van Aerschot in de voetsporen van Lieven de Key (1560-1627), één van de belangrijkste bouwmeesters uit de Hollandse renaissance. In zijn entree-rede op 7 maart 2008 in de gehoorzaal van het Teylersmuseum te Haarlem, benadrukte Max van Aerschot dat het van belang is om als onafhankelijk adviseur van binnenuit – ambtenaren, gemeenteraad, college van B&W – te adviseren, te souffleren, met een brede scope: Haarlem als onderdeel van de regio, met oog voor samenhang in stad en streek en consequenties voor de langere termijn.

Voor de stad zag hij enorme kansen in Haarlem-Oost: Haarlem ten oosten van het Spaarne, met bijzondere aandacht voor aspecten als intensivering van het grondgebruik, functiemenging, meer groen en water op basis van historische kwaliteiten en het slim aanpassen van de infrastructuur als ‘bloedvaten systeem’.

Begin 2008 startte het atelier van de stadsbouwmeester aan de Gedempte Oude Gracht 46-48, met een afdeling “stedenbouw en ontwerp’. Belangrijke adviezen van de stadsbouwmeester in de eerste periode waren: transformatie van Welstand- en Monumenten commissie (met een Welstand- Monumenten Nota) naar een Adviescommissie  Ruimtelijke Kwaliteit (ARK) met een Nota Ruimtelijke Kwaliteit (NRK) en een nota Dak, het opstarten van een programma met gebiedsvisies ( eerste gehonoreerde visie ‘Oostradiaal’),  het maken van een Structuurvisie Openbare Ruimte (SOR) inclusief een Ontwikkel Strategie voor specifiek Haarlem Oost (OHO), het opstellen van een Nota Erfgoed en Ruimte, en het maken van een visie plus commissie voor Kunst In de Openbare Ruimte (KIOR).

In het coalitie akkoord van 2014-2018 werd vastgesteld dat de stadsbouwmeester niet alleen voor zijn stad maar ook voor de regio inzetbaar moest zijn. Twee dagen per week Haarlem, twee dagen per week Zandvoort, Heemstede, Bloemendaal, Velsen, Haarlemmerliede-Spaarnwoude.

De periode van de stadsbouwmeester eindigde 2018, waarna hij terugkeerde naar zijn architectenkantoor. www.maxvanaerschot.nl.

© Copyright - Max van Aerschot