STRUCTUURVISIE OPENBARE RUIMTE – SOR
Na decennia lang ruimtelijke ordening, met op lokaal niveau als een resultante de structuurvisies, was er altijd sprake geweest van een primaire focus op de gebouwde ruimte inclusief technische infrastructurele modellen. In 2009 adviseerde de stadsbouwmeester het college om te starten met een Structuurvisie voor de Openbare Ruimte (SOR) waarin de onbebouwde ruimte als contramal van de bebouwde ruimte gedefinieerd zou kunnen worden inclusief de ontwerpopgaven en daaruit voortvloeiende programma’s. Er werd toen al gewerkt aan de Nota Ruimtelijke Kwaliteit (NRK) waarin de openbare ruimte ook beschreven werd als toetsingsdocument voor de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit (ARK). In de opmaat naar de verkiezingen van maart 2010 heeft de gemeenteraad toen gevraagd om een symposium om dit onderwerp met de stad en de stakeholders te bespreken. De griffie heeft de stadsbouwmeester toen gevraagd het programma voor dat symposium op te stellen. Het werd een zeer druk bezocht congres, ’Stadse Ruimte’, in de Philharmonie te Haarlem: voor de pauze het door de stadsbouwmeester opgestelde programma met onder andere Liesbeth van der Pol als rijksbouwmeester en Rudy Uytenhaak als expert op het onderwerp ‘de compacte stad’ en na de pauze het programma van de gemeente met veel aandacht voor groen. Over de definitie ‘groen’ ontstonden veel misverstanden, het gevoel overheerste dat Haarlem ‘een versteende stad‘ was, terwijl in principe slechts drieënvijftig procent bebouwd is en de stad in behoorlijke mate grenst aan beschermd landschap. Natuurlijk bestaat de contramal van het bebouwde ook uit privé groen en water, maar een behoorlijk groot deel is publiek domein met veelal om praktische redenen veel verharding: steen, asfalt en beton. Het werken aan de structuurvisie openbare ruimte was voor de gemeenteraad het antwoord op de vraag hoe men de vigerende structuurvisie zou kunnen actualiseren. Vanzelfsprekend waren ook in deze structuurvisie openbare ruimte de onderwerpen: meervoudig ruimte gebruik, het behalen van ruimtewinst door het opnieuw rangschikken van functies in de openbare ruimte (’het opruimen van je kast’) en het ontwerpen van ‘ruimteclaims’ inclusief het vervolgens toevoegen van meer groen en water in de stad belangrijke thema’s. Uiteindelijk heeft het proces rond het maken en vaststellen van deze visie veel te lang geduurd, zodat er om allerlei pragmatische, maar ook politieke redenen ‘poldermodellen’ zijn ontstaan in de uiteindelijk vastgestelde visie.
TRANSFORMATIE
VAN GEDEELDE NAAR ONGEDEELDE STAD
GEBIEDSVISIES
KNOOPPUNTEN – STATIONSGEBIEDEN
ENTREE STAD:
HAARLEM-OOST
SPAARNEOEVERS – TEN NOORDEN VAN PRINSENBRUG
VISIE SPOORZONE ZUIDWEST – VISIE WESTRAND
STRUCTUURVISIE OPENBARE RUIMTE – SOR
REGIO
PRIJSVRAGEN – SYMPOSIA – PUBLICATIES